We zijn naar de film Jindabyne gaan zien. Het is een heel rustige, maar vooral heel mooie film. Er gebeurt heel veel, maar de meeste dingen zijn niet uitgesproken.
Een paar mannen gaan een weekendje vissen. Ze doen dit elk jaar, en om een of andere reden is dit een heel speciaal event. De rivier waar ze gaan vissen is niet per auto bereikbaar, dus moeten ze eerst een stuk door het reservaat trekken.
De eerste avond gaan ze al een beetje vissen en vinden ze het lijk van een vrouw. Het drijft in de rivier en ze zijn allen onder de indruk. De dag erna gaan ze vreemd genoeg toch verder vissen. Uiteindelijk komen ze toch nog vroeger dan voorzien naar huis. Ze vinden het voor zichzelf geen probleem omdat de vrouw toch al dood is en dus niet meer geholpen kan worden… Maar ze gebruiken wel een halve smoes omdat ze toch al beseffen dat ze niet echt correct gehandeld hebben.
Bij terugkomst worden ze stevig aangepakt door de andere mensen, de politie, het dorp, de pers. De mannen hebben blijkbaar niet beseft dat ze vooral de nabestaanden van de vrouw onrecht hebben gedaan. Er zijn beschuldigingen dat de Aboriginal oorsprong van de vrouw een verschil gemaakt heeft, er zijn andere complicaties in het privé-leven van de protagonisten…
Uiteindelijk komen de vissers toch tot het besef van hun daden, kan er toch ietwat over gecommuniceerd worden, lijken er een paar problemen toch een soort happy end te krijgen.
De essentie van het probleem is echter het schrijnende van de situatie. Die mannen hebben een weekend gepland om te relaxen, te ontstressen, tot rust te komen. Ze vinden een lijk, ze zijn in shock en waarschijnlijk kunnen ze daardoor niet meer goed nadenken. Proberen ze dit te plaatsen, te verwerken, op de manier die voor hen het beste werkt, door te vissen. En worden ze dan zwaar aangepakt om wat ze gedaan hebben, bijna alsof zij de vrouw vermoord hebben.
Dit lijkt me heel herkenbaar. Ik probeer goed te doen, voor mezelf, voor de mensen waar ik van hou, voor mijn omgeving, voor iedereen. Ik probeer mijn leven, mezelf, mijn omgeving voldoende onder controle te houden om te zorgen dat ik anderen en mezelf geen grote schade aandoe, niet ambeteer, geen onrecht aandoe.
Maar uiteindelijk kan je niet alles onder controle houden, uiteindelijk doe je door omstandigheden misschien dingen waarmee je zelf ook niet akkoord gaat, waar je misschien zelf ook niet mee kan leven. Juist daarom probeer je dit te verdringen, uit te leggen, goed te spreken, excuses te vinden, niet altijd in alle eerlijkheid. Om dan toch vast te rijden, te moeten aanvaarden, jezelf en je daden onder ogen te moeten komen, en ook jezelf te vergeven.