Sommige mensen hebben voor een of andere reden een bijnaam gekregen. Meestal is dat een soort erkenning, een teken van “erbij” te horen.
Meestal wordt dit gegeven, toegekend op basis van een eigenschap of gewoonte, soms ook gewoon om korter, krachtiger te zijn, om iemand wat extra te typeren.
Ook in de triatlonwereld gebeurt dit. Vooral bij de heel bekende atleten is dat allom geweten.
- “the grip” voor Mark Allen
- “the man” voor Dave Scott
- “bink” voor Marino Van Hoenacker
- “macca” voor Chris Mc Cormack
- “mad max” voor Marc Herremans
- “jokke” voor Jos Van Der Auwera (neenee, geen familie van mij)
Zo zijn er nog vele andere voorbeelden. Ooit in ondertussen al een tijdje vervlogen tijden heb ik ook al eens een bijnaam gehad. Nu ben ik daar zelf niet bepaald tuk op, ik wordt liefst gewoon “Joachim” genoemd. Dat is de naam die ik heb gekregen en ik ben er trots op. Maar ooit werd ik ook wel eens “beest” genoemd, vermoedelijk door mijn fietskwaliteiten. Toch ook een naam om trots op te zijn.
Meer recent is er mij een andere bijnaam toegedicht. Als resultaat van mijn vroegere huwelijk. De persoon die die naam verzonnen heeft blijft die echter gebruiken, ook recent, ook publiek. Dat is volgens mij toch niet zo gepast, die relatie is voorbij, die bijnaam is niet meer van toepassing. Hoewel ik geen rancune of slechte gevoelens heb bij die relatie en dat huwelijk is het toch… Niet dat ik me hierdoor gekwetst voel, maar toch vind ik het niet leuk. Hou het toch maar gewoon op mijn gegeven naam, simpel, eenvoudig, duidelijk.