Ik heb me dit weekend onledig gehouden met het planten van 20 boompjes.
” Trainer, trainer, ik weet wel dat ik de laatste tijd niet veel meer getraind heb, maar ik heb dit weekend 20 gaten gegraven in de grond, twintig boompjes naar vanachter in de tuin gedragen, toch wel enkele uren werk geleverd en ik voel het nu in mijn spieren. Kan ik dit als training opschrijven? ”
(hmm, denk het niet)
Nu is “boompjes” planten misschien wel een beetje een overstatement. Ik heb twintig stokken in de grond stoken. Vrij grote, dikke, zware stokken, maar desalniettemin, gewoon stokken. Met een beetje geluk beginnen daar binnen enkele weken scheuten op te komen en zullen die stokken uitgroeien tot echte bomen.
Het is toch ongelofelijk welke veerkracht wilgen hebben, het is ongelofelijk dat het in de grond steken van een stok voldoende is om opnieuw wortels te krijgen, opnieuw takken te laten groeien. Uiteindelijk zal er dan een mooie rij knotwilgen in onze tuin komen te staan.
Voor mensen die dit ook willen, een kleine tip. Je kan altijd bij je lokale natuurpunt afdeling eens polsen of zij geen “plantgoed” hebben. Ze bieden dit soms (zoals in mijn geval) aan voor een fractie van de prijs die in het commerciële circuit geldt. En je steunt er nog een goed doel mee ook.